Een schitterend gebrek 

VWO4 - periode C - zwart

Primaire gegevens

De auteur van Een schitterend gebrek is Arthur Japin. Het is in 2003 uitgegeven door De Arbeiderspers in Amsterdam. Het boek heeft 239 bladzijdes.

Samenvatting

Lucia wordt geboren in 1728 in Pasiano. Haar moeder en vader zijn daar bediende van een gravin. Op een gegeven moment tijdens de bruiloft van de dochter van de gravin in 1742 komen als gasten vanuit Venetië onder anderen de broers Francesco en Giacomo Casanova, twee jongens uit hogere kringen. Lucia heeft vanaf het eerste moment dat ze Giacomo ziet al een oogje op hem en uiteindelijk ontbloeit tussen Lucia en Giacomo voor beiden hun Grote Liefde. Giacomo moet echter voor een tijdje weg en hij laat Lucia alleen achter in Pasiano. Ze beloven elkaar trouw en leggen hun toekomstplannen vast. Ze besluiten zich over een halfjaar te verloven en uiteindelijk een paar maanden later te trouwen. 

Na Giacomo's vertrek krijgt Lucia een Franse huisonderwijzer om haar voor te bereiden op haar omgang met de hogere kringen. Lucia verbaast iedereen met haar pienterheid en verbluffende ijver. Ze vordert snel en hoe meer ze leert, hoe ijveriger ze wordt. Ook de gravin is blij verrast, maar waarschuwt Lucia wel voor het leven in de Venetiaanse hogere klasse. Ze zegt dat alles er om uiterlijk en voorkomen gaat. Als je er wat dat betreft niet bij hoort, dan ben je helemaal niets en wordt je met de nek aangekeken.

Dan gebeurt er iets dat Lucia’s rustige leventje compleet op z’n kop zet. Niet lang voordat Giacomo terugkeert, slaat het noodlot toe. De huisonderwijzer van Lucia krijgt de pokken en sterft ondanks de goede zorgen van Lucia. Helaas heeft ze niet al te goed uitgekeken met de hygiëne en is zelf ook besmet geraakt. Lucia weet van tevoren wat er gaat gebeuren en laat zich aan armen en benen aan bed vastbinden. Zo voorkomt ze dat ze de jeukende bulten openkrabt. Haar voorbereidingen werken redelijk, alleen haar gezicht heeft het moeten ontgelden. Als ze later in de spiegel kijkt ziet ze dat haar gezicht helemaal onder de littekens zit. Het stort haar in een hevige tweestrijd: moet ze wegvluchten van Pasiano om zo de carrière van haar geliefde te redden of moet ze wachten tot Giacomo terug komt en hem laten oordelen? Uiteindelijk kiest ze voor het eerste. Ze gaat er vandoor en laat haar moeder een verhaal ophangen dat ze er met één van knechten vandoor is gegaan. Wat ze niet beseft is dat haar “verraad” Giacomo’s wereldbeeld verbitterd waardoor hij nooit meer lief zal hebben zoals hij van haar heeft gehouden.


Voor Lucia begint nu een zwerftocht door Italië. Ze wil een nieuwe levensweg inslaan en voortaan noemt ze zich Galathee de Pompignac. Tijdens haar werk bij een familie in Bologna ontmoet ze Zelide, een Franse gravin, die zich opwerpt als Galathees beschermvrouw. Met Zelide trekt Galathee als haar secretaris verder op. Galathee trekt in bij Zelide in haar kasteel in Vincennes, dichtbij Parijs. Voor Galathees karaktervorming zijn dit heel belangrijke jaren. Ze leert erg veel van Zelide. Helaas wordt ook Zelide ernstig ziek en overlijdt. Galathee besluit ditmaal naar het Noorden te reizen. Ze wil graag naar Amsterdam omdat ze heeft gehoord dat het een tolerante stad is. Ze hoopt hierdoor minder op haar littekens aangekeken te worden.

Eenmaal in Amsterdam aangekomen gaat het helaas anders dan gepland. Door de economische achteruitgang en door haar verminkte uiterlijk lukt het Galathee niet een baan te vinden in Amsterdam. Zo belandt ze ten slotte in een bordeel. Het is een hard bestaan. Door haar verminkte gezicht is ze vaak gedwongen klanten van het laagste allooi tegen een minimaal tarief te accepteren. Even komt er een lichtpuntje in deze harde tijd te komen wanneer een welgestelde en aardige jood haar als privé-prostituee in zijn appartement onderbrengt. Galathee wist echter niet dat seks tussen joden en niet-joden bij de wet verboden is in Amsterdam. De twee worden betrapt en door de politie van hun bed gelicht. Galathee komt voor straf twee jaar in het spinhuis terecht. Een afschuwelijk verblijf. De prostituees worden er in kooien tentoongesteld terwijl zij moeten spinnen als taakstraf. Tegen een bescheiden entree mag het publiek hen naar hartenlust uitschelden en beledigen.

Gelukkig weet ze zich ook door deze harde tijd heen te slaan. Ze zit haar tijd uit en gaat daarna weer terug de prostitutie in. Haar leven neemt nu eindelijk een gunstiger wending als ze haar werk gesluierd gaat doen. Deze geheimzinnige uitstraling heeft een positief effect op de klandizie, die dan ook sterk stijgt. Galathee krijgt zelfs een heel comfortabel leven wanneer ze een aantal vaste klanten onder de Amsterdamse bovenklasse krijgt. 

Een van deze mannen stelt haar tijdens een uitje een Frans sprekende gast voor: le Chevalier de Seingalt. Zij herkent in hem vrijwel meteen; haar vroegere geliefde Giacomo. Maar door haar sluier en haar andere naam merkt Giacomo totaal niet dat het zijn jeugdliefde is die nu voor hem staat. Wel maakt hij haar het hof en er groeit een intensief contact tussen de twee. Ze voeren intrigerende gesprekken, onder andere over trouw en ontrouw van vrouwen en mannen. Deze gesprekken balanceren telkens op de rand tussen onthulling en geheimhouding. Galathee kan het niet aan te vertellen wie ze is en zelfs als de twee het bed induiken houdt ze haar sluier om. 
Iets later vertrekt Giacomo uit Amsterdam voor zaken. Als hij al in de koets zit verspreekt Galathee zich en laat de naam van Lucia vallen, die Giacomo nooit genoemd heeft. Giacomo is natuurlijk verbijsterd. Hij gaat zo snel als zijn werk het toelaat naar Amsterdam terug en vraagt Galathee om opheldering. Ze redt zich uit de situatie door hem per brief te melden, dat zij deze Lucia toevallig heeft leren kennen en dat die op bepaalde avonden in een bordeel te vinden is. Verder vertelt ze hem dat ze dringend de stad uit moet en hem in Amsterdam waarschijnlijk niet meer zal ontmoeten. Intussen gaat Galathee ongesluierd op de afgesproken tijd in het bordeel staan.

Giacomo gaat naar de aangegeven plaats en treft daar de verlepte en mismaakte Lucia aan. Hij is geschokt. Giacomo praat even met haar en beseft dan dat hij haar vroeger groot onrecht heeft aangedaan door haar te verlaten. Aan Galathee stuurt hij een brief met geld om haar te bedanken en een verslag van zijn bevindingen.

Galathee blijkt intussen zwanger te zijn. Van wie is niet goed vast te stellen, maar vermoedelijk is het kind van Giacomo. Het geld dat Giacomo haar had toegestuurd gebruikt Galathee voor een overtocht per boot naar Amerika. Dit doet ze samen met een van haar vaste klanten, een twintig jaar oudere Amerikaanse handelsman.

Uit het nawoord blijkt dat Galathee in Amerika met hem getrouwd is en dat ze samen drie kinderen hebben gekregen. Galathee overleed in 1802, 74 jaar oud.

Tijdsverloop

Het verhaal speelt zich af in de 18e eeuw. Er verloopt ongeveer 30 jaar. Het begint met de jeugdjaren van Lucia en het eindigt als ze ongeveer 30 is. Het verhaal springt heen en weer tussen het heden en het verleden. Het begint in het heden, maar je krijgt al snel een flashback naar het verleden. Dit gebeurt vaak in het boek. Tijdens de tijd dat Lucia ziek wordt, vertraagt het boek. Lucia beschrijft hierin dag tot dag hoe ze dacht en zich voelde.

Ruimte

In het boek is er veel plaatswisseling. De gebeurtenissen in het heden spelen af in Amsterdam. Het deel over haar verleden speelt zich af in Pasiano, Venetië en Parijs. Je kan door deze plaatsen goed zien of het nu gaat over het heden of verleden. Ook worden op sommige plekken goed de omgeving en sfeer beschreven.

De wijze van vertellen

Het verhaal wordt verteld vanuit de Ik-vertelwijze. Je ziet het door de ogen van Lucia. Als ze praat over het verleden is ze een alwetende verteller, aangezien ze het zelf heeft meegemaakt. Maar tijdens het heden weet ze telkens niet wat er gaat gebeuren.

‘Door mij op die manier in te perken, ervoer ik een vrijheid die ik mij alleen uit mijn vroegste jeugd herinnerde’

Als ik één ding kan is het liefhebben. Dat lijkt niet veel bijzonders, maar ik ben er trots op.’

‘Uit de hoenderhof koos ik een pluizig kuiken en gaf het hem cadeau, maar hij haalde zijn schouders op en liet het lopen.’

Thema

Het thema in mijn boek is: Een dienstmeisje weet na veel tegenslagen er bovenop te komen nadat haar gezicht verminkt is en ze haar geliefde was kwijtgeraakt.  

Personages

Lucia / Galathee de Pompignac: Lucia is de hoofdpersoon van het boek. Ze is een jong meisje die groeit tot een jonge vrouw. Haar gezicht is verminkt door de pokken. Ze bedekt haar gezicht met een kleed en draagt gewaagde kleding.

Giacomo Casanova / Chevallier de Seingalt: Giacomo is de jeugdliefde van Lucia. Lucia en Giacomo waren verloofd. Hij is een rijke man die veel vrouwen heeft gehad. Hij draagt een pruik en kleed zich volgens de laatste mode.

Jamieson: Jamieson is een klant van Lucia. Hij schrikt niet van Lucia’s uiterlijk. Ik zie hem als een zorgzaam type. Uiteindelijk gaat ze mee met hem naar New York, waar ze trouwen en drie kinderen krijgen. Er wordt niet veel gegeven over Jamieson.

Titel, ondertitel en motto

De titel van het boek is Een schitterend gebrek. Ik vind de titel goed gekozen, aangezien Lucia een gebrek krijgt aan haar gezicht, maar het op een gegeven moment gebruikt als iets goeds. Het boek heeft geen ondertitel. Het motto van het boek is: Veel wat aanvankelijk alleen in de verbeelding bestaat, wordt werkelijkheid. G.C. De initialen staan voor Giacomo Cassanova.

 

Keuzeopdracht

Interview met de hoofdpersoon

  1. Hoe denk je dat je leven eruit zag als je niet de pokken had gekregen?
    Ik denk dat mijn leven totaal anders was gelopen. Ik zou natuurlijk in Pasiano zijn gebleven en met Giacomo zijn getrouwd. We zouden een klein feest hebben gehouden en dan de wereld rond zijn gaan reizen. We zouden kinderen hebben gekregen en uiteindelijk leven in een mooi huisje in Venetië.

    2. Denk je dat Giacomo met je had willen trouwen als je wel was gebleven?
    Als ik zo terugkijk, denk ik van wel. Hij deelde een grote liefde met mij en ik kan me niet voorstellen dat hij me in de steek zou laten. Ik zou het hem nooit aan doen, zijn toekomst en leven zou eraan zijn gegaan.

    3. Hoe voelde je je toen je Giacomo weer terug zag in Amsterdam?
    Toen ik hem zag, herkende ik hem niet meteen. Hij trok mijn aandacht wel. Toen ik hem eenmaal herkende kreeg ik een apart gevoel. Ik dacht meteen weer aan mijn verleden in Pasiano, toen alles nog vredig en rustig was.

    5. Had je nog dezelfde gevoelens voor Giacomo, toen hij in Amsterdam was?

    Nee, het was een lange tijd geleden. We zijn beide veranderd en zijn opgegroeid. Ik kreeg natuurlijk nog wel een paar gevoelens, maar meer emotioneel, aangezien hij me deed denken aan de tijd vroeger.

Literaire vormen

Het boek hoort bij de vorm Proza.